Waar is de gulle lach op de werkvloer gebleven?

‘De gulle lach is weg uit Amsterdam; chagrijnen zijn het allemaal!’ Als ik zo eens op me heen kijk op diverse werkvloeren, dan is dit citaat van Wim Sonneveld redelijk vaak op zijn plaats. Nu programma’s als de Luizenmoeder en Toren C het zo goed doen, kun je je afvragen hoe dat toch kan. Is het de herkenbaarheid of is het de onderbewuste hang naar wat minder serieus en minder kritische noten om futiliteiten? De hang naar minder administratie, audits, sprints, lean and agile. Wat minder procesmatig en wat meer chaos?