Weesfietsen teisteren straatbeeld in toenemende mate

Wie van de ene naar de andere plek reist, kan dit te voet doen. Qua milieubelasting is dat de meest aanvaardbare methode van verplaatsing. De eerstvolgende stap op de belastingladder, is de fiets, een keuze die getuige het straatbeeld voldoende vaak wordt genomen, maar nog steeds mag worden uitgebreid. Toch kleven ook daaraan de nodige negatieve kanten. Allereerst natuurlijk het produceren van een dergelijk apparaat: staal, rubber, leer, plastic. Het komt allemaal ergens vandaan en die grondstoffen dienen bij elkaar te komen in de fietsfabriek. Maar naast productie en distributie is toch vooral ook het in de hand houden van het arsenaal aan tweewielers een toenemend probleem. We noemen het de weesfiets.

Wie een auto koopt, weet zich gevolgd door de Rijksdienst van het Wegverkeer. Die administreert wie welk voertuig heeft en zorgt dat dit niet alleen wordt bijgehouden, maar weet je ook te vinden als je onverhoopt een automobiel onverzekerd en zonder wegenbelastingafdracht ergens weet te parkeren, daarbij doelend op achterlaten.
Met de fiets gebeurt dit niet. Iemand koopt een tweewieler, rijdt er een tijd op rond, koopt of krijgt een nieuwe, ragt de oude nog een tijdje af en laat deze dan een keer ergens achter zonder dat er gevolgen aan zijn verbonden. Het weesje is geboren. Vooral in studentensteden is dit een beproefde wijze van afstoten van onnut geworden rijwielen.
Wel, je zult maar naast een studentenhuis wonen en een aantal nietjes voor de deur hebben staan. Of een station van de spoorwegen uitbaten en trachten het plein een beetje ordentelijk te houden. Een onbegonnen zaak. Wie de nietjes beter bestudeerd, ziet al snel de van roest en andere ellende verkrotte voormalige rijwielen die waarschijnlijk nooit nog een meter zullen gaan rijden. En elke paal, elk rek en elke reling rondom de stations is na elke schoonmaakactie binnen een week of wat weer volgehangen met krotwezen. Iets met vechten en bierkaai.
Maar waarom is het geen probleem om het wagenpark bestaande uit automobielen, bussen en vrachtwagens overzichtelijk te houden en dat van de tweewieler niet? Het antwoord hierop is administratie en sanctionering. Natuurlijk, ik zal niet snel pleiten voor nog meer ordners in nog meer kasten waarop tot op elke fiets is vastgelegd van wie deze is en op welke wijze deze deelneemt aan het maatschappelijk verkeer. Alles maar willen vastleggen leidt alleen maar weer tot meer bureaucratie en derhalve tot meer administratief personeel. Het zou niet nodig zijn geweest wanneer men maar eindelijk eens meer besef zou hebben van het leed dat fietswees heet.
Een studentenhuis met acht bewoners immers, hoeft buiten niet 31 fietsen te parkeren en een station is geen kerkhof. Waarvan akte.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>